Jaarstukken 2018

Leeswijzer

De jaarstukken zijn het sluitstuk van de begrotingscyclus, en hebben een controlerende functie. Bij de controle zijn diverse aspecten van belang. De jaarrekening moet een getrouw beeld geven en de baten en lasten, alsmede de balansmutaties, moeten op een rechtmatige manier tot stand zijn gekomen. Door het vaststellen van de jaarrekening wordt het college gedechargeerd voor het uitgevoerde financieel beheer.
Het jaarverslag moet verenigbaar zijn met de jaarrekening, dat wil zeggen de cijfers in beide documenten moeten met elkaar overeenstemmen en de conclusies ten aanzien van de financiële positie moeten eenzelfde beeld uitstralen.
Voorts is het jaarverslag vooral van belang voor de toetsing van de doelmatigheid en doeltreffendheid van het beleid.

De jaarstukken van de gemeente moeten volgens artikel 24 van het Besluit begroting en verantwoording (BBV) ten minste bestaan uit:

  1. het jaarverslag;
  2. de jaarrekening

waarbij het jaarverslag ten minste moet bestaan uit:

  • de programmaverantwoording;
  • de paragrafen

en de jaarrekening ten minste moet bestaan uit:

  • overzicht van baten en lasten en de toelichting hierop;
  • de uiteenzetting van de financiële positie (balans en de toelichting hierop);
  • de bijlage met de verantwoordingsinformatie over specifieke uitkeringen.

In hoofdstuk 1 zijn de financiële beschouwingen opgenomen waarmee in het kort het financiële beeld wordt weergegeven en toegelicht. Meer uitgebreide informatie vindt u terug in de programmaverantwoording (hoofdstuk 2) en de verantwoording over de sterprogramma's (hoofdstuk 3), waar per (ster)programma wordt ingegaan op prestaties, indicatoren en financiën. Hoofdstuk 4 omvat de wettelijk verplichte paragrafen.
De formele jaarrekening van de gemeente, waarop de accountantsverklaring is gebaseerd, betreft de hoofdstukken 5 Overzicht van baten en lasten, 6 Balans met toelichting en 7 Overzicht van de taakvelden per programma en de SiSa-verantwoording.

Het jaarverslag bevat de inhoudelijke ambities en de daarbij behorende resultaten en financiën, verdeeld over de begrotingsprogramma’s Wonen & leven, Zorg, Werken, Bestuur en Financiën & grondexploitaties. De jaarrekening bevat financieel-technische overzichten, die dieper inzicht verschaffen in de financiële situatie van onze gemeente.

Er is overzicht gecreëerd in alle ambities door per begrotingsprogramma een doelboom op te stellen. Aan de hand van deze doelbomen zijn de politieke keuzes gemaakt. In elke doelboom is aangegeven uit welke thema's het programma bestaat en wat de ambities binnen deze thema's zijn. Per ambitie zijn vervolgens de belangrijkste activiteiten opgenomen. Overzicht wordt ook gecreëerd door per programma te beginnen met een korte beschrijving van de onderliggende thema's en een taartdiagram waarin de lasten en baten van het programma worden afgezet tegen de lasten en baten van de overige programma's.
Deze jaarstukken zijn de laatste jaarstukken waarin de sterprogramma's zijn opgenomen. Met de sterprogramma's worden door middel van dwarsdoorsnedes over de programma's belangrijke thema's vorm gegeven. Het nieuwe college heeft in de begroting voor 2019 voor een andere opzet (gedetailleerdere) gekozen waarin geen sterprogramma's meer zijn opgenomen.

Gelet op de bestendige gedragslijn ‘rekening volgt begroting’ volgt de inhoud en volgorde van de jaarstukken zoveel mogelijk de inhoud en volgorde van de programmabegroting 2018.

Ten opzichte van de begroting zijn enkele verplichte indicatoren vervallen. In de "regeling beleidsindicatoren gemeenten" van de VNG is aangegeven dat de indicatoren 007 Hardekern Jongeren, 012 Ziekenhuisopname na verkeersongeval met motorvoertuig, 013 Ziekenhuisopname na verkeersongeval met fietser, 015 Bruto gemeentelijk product en 025 Percentage achterstandsleerlingen niet meer worden bijgehouden door het rijk. Rapportage hierover in de jaarstukken is daarmee komen te vervallen.

Ten opzichte van de voorgaande jaarrekening is het onderstaande veranderd:

  • Vorig jaar waren vanwege de verkiezingen de Algemene beschouwingen niet opgenomen in de jaarstukken. In deze jaarstukken is dit wel weer het geval. In dit onderdeel wordt samenvattend verantwoording afgelegd over de behaalde (politieke relevante) prestaties van het afgelopen jaar. Vanuit de programma’s worden de behaalde maatschappelijke ontwikkelingen in 2018 beschreven.
  • De over- en onderschrijdingen worden binnen de thema's inzichtelijk gemaakt per taakveld. Dit is een niveau dieper dan voorheen gebruikelijk was (analyse op niveau van thema). De toelichtingen bij de afwijkingen sluit ook aan op het taakveld-niveau.
  • De paragraaf Omgevingswet is toegevoegd. Dit betreft een niet verplichte paragraaf die als extra informatie in de begroting 2018 is opgenomen. In deze jaarstukken leggen we hierover verantwoording af.
  • Naar aanleiding van de in november 2018 uitgekomen BBV-notitie "Geprognosticeerde balans en EMU-saldo: inzicht in de (meerjarige financiële positie)" is het EMU-saldo opgenomen in de jaarstukken. Door het opnemen van het EMU-saldo kan de raad zich beter een oordeel vormen over de financiële positie en over de baten en lasten.
  • Er komt een wetswijziging aan over rechtmatigheid in jaarrekeningen van gemeenten. Door deze wijziging zal het college van B en W vanaf het boekjaar 2021 zelf een rechtmatigheidsverantwoording ("in control verklaring") afgeven in de jaarstukken. In de in 2018 vastgestelde Financiële verordening is opgenomen dat in de jaarstukken op basis van de interne toetsing deze "in control verklaring" wordt opgenomen. Met het nu al opnemen in de jaarstukken van deze verklaring lopen we op de wetgeving vooruit.
  • De berekening van de incidentele weerstandscapaciteit is aangepast als gevolg van de in 2018 vastgestelde financiële verordening. Voorheen maakten winsten uit verkoop panden en de geprognosticeerde winst op de grondexploitaties onderdeel uit van deze berekening. Voorzichtigheidshalve bestaat de incidentele weerstandscapaciteit nu slechts uit de algemene- en bestemmingsreserves.